Klik op de kleine foto om verder of terug te gaan
Kassei
Gehucht ten westen van het centrum en ervan gescheiden door
de Willebroeksevaart die werd aangelegd in het midden van de zestiende eeuw
(1550-1561), zie Vilvoorde-centrum Vuurkruisenlaan. Om een verbinding te
maken tussen de Zenne en de Vaart werd ten zuidwesten van Vilvoorde-centrum
een sas aangelegd, dat aan de basis lag van het ontstaan van het aloude
gehucht Drie Fonteinen. Het gehucht Kassei, gelegen ten noorden van de Drie
Fonteinen ontwikkelde zich vooral na het ontmantelen van de stadsvesten toen
de stad onder druk van de toenemende industrialisatie uit haar voegen
barstte en er nieuwe gehuchten ontstonden. Op 8 februari 1908 werd aan de
Grimbergsesteenweg een nieuwe parochie gesticht, die op 27 juni 1909
wettelijk erkend werd als hulpkerk, toegewijd aan het Heilig Hart van Jezus. Kaderend in de woningnood na de Eerste Wereldoorlog werd op 11 oktober 1919 een wet afgekondigd waardoor de "Nationale Maatschappij voor Goedkope Woningen en Woonvertrekken" werd gesticht, naderhand uitgegroeid tot de "Nationale Maatschappij voor de Huisvesting". In Vilvoorde werd op 11 september 1920 overgegaan tot de oprichting van de "S.A. Le Foyer Vilvordien", waaraan later de Nederlandstalige vennootschapsnaam "De Vilvoordse Haard" werd toegevoegd. Naderhand groeide deze maatschappij uit tot de "Inter-Vilvoordse Maatschappij voor Huisvesting". Opmerkelijk in Vilvoorde was de deelname van talrijke daar gevestigde bedrijven die door hun medewerking aan de oplossing van het huisvestingsprobleem hun bekommernis voor hun arbeiders lieten blijken. De eerste gronden die in opdracht van de toenmalige huisvestingsmaatschappij werden aangekocht, lagen in de Sint-Antoniuswijk, meer bepaald in De Perksestraat en de Hovenierstraat. Nadien werd de bouwactiviteit verschoven naar de wijk Far West, gevolgd door woningbouw in de wijk Kassei over het kanaal. Deze wijk vertoont tot op heden een heterogene, vrij gesloten bebouwing voornamelijk uit de twintigste eeuw, met diverse projecten van sociale woningbouw ten zuiden van de Grimbergsesteenweg, bestaande uit gekoppelde eengezinswoningen vanaf het einde van de jaren 1920, zoals in de Nachtegaalstraat 15-33 en vooral in de straten die in hun benaming verwijzen naar Vlaamse schilders, onder meer de Rubensstraat nummers 1-15 en 2-26, Van Dijckstraat, Jordaensstraat, Teniersstraat nummer 167 en volgende, Jacob Smitsstraat; de huizen in de Rubensstraat behoren tot de eerste groep van 95 sociale woningen die in 1929 in de wijk Kassei werden gebouwd. Naast de eengezinswoningen werden in dezelfde context ook een aantal flatgebouwen opgetrokken in het derde kwart van de twintigste eeuw, onder meer het hoekpand Rubensstraat nummer 80 / Blaesenbergstraat nummer 98, met ingewerkte gedenksteen van 1960 verwijzend naar de stichtingsdatum van de "Vilvoordse Haard N.V." op 11/09/1920. Aansluitend ten zuiden ligt het gehucht de "Drie Fonteinen", met het gelijknamige domein, dat dienst doet als groene long voor het nabijgelegen stadscentrum. De Europawijk en het Hoogveld, gelegen ten zuidwesten van de Drie Fonteinen zijn residentiële verkavelingen, respectievelijk uit het derde en het laatste kwart van de twintigste eeuw. |
NEUVILLE J., Waaile zen op de kasaa geboure..., s.l., s.d. Vijftig jaar Vilvoordse Haard], Brochure uitgegeven naar aanleiding van de vijftigste verjaardag |
WAUTERS A., Histoire des environs de Bruxelles, Boek 6-B, Heruitgave van de originele tekst van 1855, Brussel, 1972 |