Far West

 

 

 

Na de Eerste Wereldoorlog was er in België en ook in Vilvoorde een ernstig woningtekort. De Nationale Maatschappij voor Goedkope Woningen en Woonvertrekken (1919), de voorloper van de huidige Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW), moest dit probleem mee verhelpen. Ze gaf goedkope leningen aan lokale sociale huisvestingsmaatschappijen, zoals De Vilvoordse Haard (1920), die toen overal werden opgericht. Kort samengevat betekende het dat de huisvestingsmaatschappij woningen zou bouwen om te verkopen en te verhuren. In 1921 gaf ze de opdracht aan de Brusselse architect Robert Crignier tot de bouw van een reeks sociale woningen in de Groenstraat. Dat was het begin van de Maurits Duchétuinwijk die in de daarop volgende jaren uitbreidde tot de Olmstraat, het Duchéhof en de huidige Sobrystraat. Tuinwijken werden in de jaren 1920 overal in
België opgetrokken. Deze nieuwe wijken werden meestal gebouwd
rond een centraal gelegen park en hadden oorspronkelijk de bijkomende bedoeling een hechte sociale gemeenschap te vormen. Zodra in de jaren 1920 de eerste bewoners in de huizen van de Maurits Duchéwijk trokken, kreeg de wijk al snel de bijnaam Far-West. Die naam ging een eigen leven leiden en dewijk breidde zich doorheen de jarenuit tot de huidige omvang